MG werd in 1924 opgericht als Morris Garages door de Britse autofabrikant William Morris. Achter de schermen was het echter de algemeen directeur Cecil Kimber die het idee aandroeg om snellere auto’s met een sportiever uiterlijk te bouwen. Om dit te realiseren, voorzag Kimber bestaande Morris-modellen van een nieuw carrosserieontwerp en verbeterde hij de prestaties. In 1930 bracht MG zijn eerste model uit: de 14/28 Super Sports. Met een topsnelheid van 65 mijl per uur was dit in feite een aangepaste Morris Oxford met een tweezits carrosserie.
Kimbers aanpak om auto’s te ontwikkelen die op subtiele wijze de conventies uitdaagden, zorgde voor een groeiende populariteit van MG. Het bedrijf ontgroeide al snel zijn oorspronkelijke locatie en verhuisde uiteindelijk naar een stad die onlosmakelijk verbonden zou raken met het merk: Abingdon-on-Thames. Daar zou de productie van MG de daaropvolgende vijftig jaar plaatsvinden.
In de jaren dertig kiezen talloze coureurs de Magic Midget als hun wagen van voorkeur. In 1931 vestigt de MG EX120, bijgenaamd The Magic Midget, een snelheidsrecord door als eerste 750cc-auto de grens van 100 mijl per uur te doorbreken, met een topsnelheid van 103,13 mijl per uur. In datzelfde jaar wint Norman Black de Ulster Tourist Trophy-race in Belfast, waar The Earl of March, destijds verantwoordelijk voor het M.G.-team, hem persoonlijk feliciteert met de overwinning.
Anekdotes uit het archief
George Eyston jaagde op eigen initiatief snelheidsrecords na op Brooklands met zijn privéauto’s en zocht samenwerking met MG om het 750cc-record te breken en de 100 mijl per uur te overschrijden.
In 1933 wint een met compressor uitgeruste K3 Magnette zijn klasse tijdens de Mille Miglia, waarmee MG het eerste niet-Italiaanse merk wordt dat een teamprijs in de wacht sleept. De auto werd bestuurd door Earl Howe en Hugh Hamilton, George Eyston en graaf Lurani, terwijl de derde wagen werd bemand door Henry Birkin en Bernard Rubin. Deze iconische overwinning op een evenement dat bekendstaat als de zwaarste race van allemaal, legde de basis voor talloze toekomstige successen. Binnen zijn klasse bleef de K3 nog twee jaar lang de onbetwiste nummer één en groeide zo uit tot een van de meest succesvolle racewagens aller tijden.
Anekdotes uit het archief
Eyston en Lurani moesten tijdens het evenement maar liefst 157 bougies vervangen. In de laatste 100 mijl kregen zowel Eyston als Howe bovendien onderweg te maken met lekke banden, waardoor er ter plekke een wissel uitgevoerd moest worden.
Ken Miles stond in de beginjaren van het autoracen in Californië bekend als “Mr. MG”, dankzij zijn MG-specials. De ultieme Britse underdog had zijn grootste succes met The Flying Shingle, een bijnaam die verwees naar de vloeiende carrosserielijnen en de lage rijhoogte van de auto. Samen behaalden ze talloze overwinningen in Californië, vaak tegen meer exotische en gevestigde rivalen, met als hoogtepunt de overwinning in de Palm Springs Road Race in 1955.
Het succes in de VS zorgde ervoor dat Miles deel uitmaakte van het MG-team dat in 1955 deelnam aan Le Mans, rijdend met de EX182. Miles en teamgenoot John Lockett stuurden de MG naar een twaalfde plaats – de hoogste klassering ooit voor MG.
Foto’s van Ken Miles: Jim Sitz
De EX181, gebaseerd op de MGA, werd naar de zoutvlaktes van Bonneville gebracht toen MG terugkeerde in de wereld van snelheidsrecords. In 1957 leverde de 1489cc-motor 290 pk en zette de legendarische coureur Sir Stirling Moss de auto op een verbluffende 245,64 mijl per uur. In 1959 bracht de Amerikaanse coureur Phil Hill de MG naar 254,91 mijl per uur. De vergrote 1506cc-compressormotor met dubbele nokkenas leverde meer dan 300 pk en maakt de EX181 tot de snelste MG aller tijden.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwamen duizenden Amerikaanse militairen naar Groot-Brittannië en Europa als onderdeel van de oorlogsinspanningen. Tijdens hun verblijf in het Verenigd Koninkrijk maakten ze kennis met de MG T Type-sportwagens, die velen na afloop mee naar huis namen naar Amerika. Dankzij de Britse exportstrategie werden enorme aantallen verscheept en groeide de VS uit tot de belangrijkste exportmarkt voor MG.
In 1955 verscheen de MGA, wellicht een van de mooiste auto’s ooit met het iconische MG-octagon. Oorspronkelijk uitgerust met een 1500cc-motor, werd dit in 1959 vergroot naar 1600cc. Daarnaast produceerde MG ook een twin cam-model met een vermogen van 106 pk. In totaal zijn er meer dan 100.000 MGA’s gebouwd, waarvan bijna 95.000 werden geëxporteerd vanuit het Verenigd Koninkrijk.
De stijlvolle MGA speelde in 1961 een rol in Blue Hawaii, naast Elvis Presley. De wereldberoemde zanger, songwriter en cultureel icoon vond het rijden in de auto zó plezierig dat hij er zelf een kocht en deze hield bij zijn woning Graceland in Memphis, Tennessee. Het is de enige auto van de legendarische muzikant die ook in een van zijn films te zien is geweest.
Gedurende de jaren zestig en daarna raakten talloze popcultuur-iconen uit muziek, sport en film in de ban van MG. Van George Best tot koning Charles en van Bill Wyman tot James Dean: de MGA groeide al snel uit tot een cultklassieker.
De bestverkochte MG ooit, de MGB roadster, verscheen in 1962. Dit model wordt vaak gezien als de eerste moderne MG, omdat het de eerste auto van het merk was met een zelfdragende carrosserie in plaats van een apart chassis zoals bij de MGA en eerdere modellen. Net als zijn voorganger werd het merendeel van de MGB’s naar de Verenigde Staten geëxporteerd. De productie liep door tot 1980 – een indrukwekkende prestatie.
In mei 1982 werd de MG Metro 1300 gelanceerd. Het was een van de eerste ‘hot hatches’ en leidde een jaar later tot een snellere versie: de MG Metro Turbo. De MG Metro bleek een groot succes en liet zien hoe groot de vraag en de liefde voor MG-auto’s was. Toen rallyracen in populariteit toenam, besloot MG in te stappen met de MG Metro 6R4, uitgerust met een 3.0 V6-motor en goed voor 410 pk.
De MGF was de eerste volledig nieuwe MG-sportwagen sinds 1962 en er was grote spanning voorafgaand aan de lancering. De auto was bovendien innovatief, met een middenmoter en gasvering. Al snel werd het een bestsellermodel in grote delen van de wereld. Tegen die tijd was de Rover Group eigendom van BMW en omdat men niet wilde dat de MGF concurreerde met de Z-sportwagens van BMW, is de MGF nooit op de Amerikaanse markt verschenen.
In het nieuwe millennium introduceerde MG Rover een spannende nieuwe aanpak: krachtige auto’s met veel aanwezigheid die een duidelijke intentie uitstraalden. Deze nieuwe ontwerpfilosofie werd geleid door de bekende supercar-ontwerper Peter Stevens, bekend van de McLaren F1 en Lotus Esprit.
Fast forward naar vandaag en de autowereld is ingrijpend veranderd. Getrouw aan zijn eigenzinnige karakter zet MG de stap naar een echt internationaal automerk en loopt voorop met een reeks voertuigen die de elektrische revolutie leiden. De eerste volledig elektrische hatchback van de fabrikant, de MG4 EV, rijdt de weg op en ontvangt lovende recensies en een groot aantal indrukwekkende prijzen.
De ontwikkeling van de Cyberster markeert een langverwachte terugkeer naar vorm voor het merk. Als eerste in zijn soort is de Cyberster ’s werelds enige volledig elektrische tweezits-roadster, met styling geïnspireerd op de klassieke MGB Roadster. Met vleugeldeuren en gestroomlijnde lijnen is de Cyberster een eerbetoon aan iedereen die het gewone durft te doorbreken. De lancering staat gepland voor 2024, verspreid over heel Europa.
